Economische samenwerkingsagenda Blue Delta

Om tot een Gezond, Schoon en Gelukkig Fryslân te komen is het belangrijk om de materialen die we gebruiken terug te laten komen in de keten, waarbij afval en verspilling een taboe zijn. Circular Materials valt als sector onder te verdelen in drie verschillende onderdelen: 1. Vergroening. 2. Hergebruik. 3. Minder materiaal gebruiken als totaal, met als einddoel duurzaamheid te realiseren in alle sectoren van de economie.

In Fryslân gaat veel aandacht uit naar biobased waardeketens (denk aan teelt en toepassing van biobased materialen in de bouw), hergebruik, en circulaire plastics.

Fryslân kent een organisatorisch voordeel als het gaat om samenwerking/clustervorming vergeleken met andere Nederlandse regio’s.

Verdienen

Bij kengetallen voor het speerpunt circular materials gaat het over bedrijven die actief zijn in biobased bouwmaterialen en kunststoffen (circulaire plastics), aangevuld met bedrijvigheid waar circular materials potentieel kunnen worden ingezet. Het gaat hierbij om een selectie aan bedrijvigheid in de industrie en bouwsector. Dit is een andere selectie van bedrijven dan de indeling zoals die voor circulaire economie wordt gebruikt, waarbij het meer gaat om bedrijvigheid waarbij de kans groot is dat hier sprake is van circulair ondernemerschap. Gelet op het produceren en recyclen van materialen telt het speerpunt ruim 3.000 banen. De bedrijven waar de materialen potentieel toegepast kunnen worden tellen gezamenlijk 18.700 banen.  Het speerpunt is goed voor een aandeel van 6,7 procent in de werkgelegenheid, tegenover 6,4 procent landelijk. In de periode 2013-2023 nam het aantal banen bij de potentieel met circulaire materialen werkende bedrijven zowel landelijk als in Fryslân met ruim 29 procent toe. De toegevoegde waarde per baan ligt met € 68.880 lager dan het Friese gemiddelde. 

Bron:

  • LISA werkgelegenheidsregister, provincie Fryslân. Zie voor meer informatie de Staat van Fryslân.

Definities:

LISA (Landelijk Informatiesysteem van Arbeidsplaatsen) is een databestand met gegevens over alle vestigingen in Nederland waar betaald werk wordt verricht. De kerngegevens per vestiging hebben een ruimtelijke component (adresgegevens) en een sociaaleconomische component (werkgelegenheid en economische activiteit). De LISA cijfers van Fryslân worden beheerd en gemonitord door de provincie Fryslân en ingebracht in het landelijke LISA register. Meer provinciale LISA cijfers zijn te raadplegen in de Staat van Fryslân.

Vestigingen:
Locatie van een onderneming, instelling of zelfstandige beroepsbeoefenaar (dat wil zeggen elke fabriek, werkplaats, kantoor, winkel of andere bedrijfsruimte, dan wel elk complex daarvan) waarin of van waaruit een economische activiteit of zelfstandig (vrij) beroep wordt uitgeoefend door minimaal 1 werkzaam persoon.

Banen:
Het aantal banen heeft betrekking op het totaal aantal fulltimers, parttimers en uitzendkrachten. Fulltime: gemiddeld 12 uur of meer per week werkzaam. Parttime: gemiddeld minder dan 12 uur per week werkzaam. Vrijwilligers worden niet meegeteld.

Werkzame persoon is een arbeidskracht die beroepsmatig (een) betaalde activiteit(en) verricht op of vanuit de vestiging: meewerkende ondernemer/eigenaar (directeur, bedrijfshoofd), meewerkend gezinslid, zelfstandig beroepsbeoefenaar, werknemer, uitzendkracht. LISA vraagt in de werkgelegenheidsenquête naar het aantal werkzame personen op vestigingsniveau. Aangezien een werkzame persoon bij meerdere vestigingen (van verschillende bedrijven/ondernemingen) werkzaam kan zijn, bijvoorbeeld wanneer iemand vier dagen in loondienst is en één dag actief is als zelfstandig ondernemer, geven de uiteindelijke werkgelegenheid statistieken feitelijk inzicht in het totaal aantal bezette arbeidsplaatsen of banen.

Banen per vestiging:
Het aantal banen gedeeld door het aantal vestigingen

Toegevoegde waarde:
De waarde van alle geproduceerde goederen en diensten (de productiewaarde of output) minus de waarde van goederen en diensten die tijdens deze productie zijn opgebruikt (het intermediair verbruik). De toegevoegde waarde is daarbij uitgedrukt in basisprijzen, de prijzen die door producenten zijn ervaren. Inbegrepen is de toegevoegde waarde van alle in Nederland opererende bedrijfseenheden, dus ook degenen die in buitenlandse handen zijn. Ook overheidsinstanties en andere niet-commerciële instanties behoren hiertoe. Zie ook hier voor nadere toelichting.

Voor de bepaling van het aantal vestigingen, banen en toegevoegde waarde wordt gebruik gemaakt van een afgebakende indeling naar bedrijfsactiviteiten op 5-digit SBI-niveau.

Biobased bouwmaterialen:
Biobased bouwmaterialen zijn bouwmaterialen gemaakt van dierlijk materiaal of van schimmels, planten, bacteriën die ecologisch verantwoord geteeld, geoogst, gebruikt en hergebruikt worden.

Bijdrage aan brede welvaart

Onderstaande kwalitatieve informatie is grotendeels gebaseerd op de gevoerde interviews.  

Bijdrage schone natuur
Het gebruik van biobased materials is een alternatief voor de productie van conventioneel plastic, het gebruik van biobased materials kan bijdragen aan het verminderen van de hoeveelheid micro-plastics die in de natuur belanden. Bovendien draagt het bij aan een vermindering van de uitstoot van broeikasgassen aan de productiekant: Hennep is bijvoorbeeld een biobased materiaal waarbij de productie minder CO2 uitstoot heeft dan alternatieve (conventionele) materialen. Hout slaat CO2 lang op.

Bij verduurzaming van de bouwsector dient met name gericht te worden op het inzetten van “pre-fabricated building materials”, die ervoor zorgen dat er minder transport nodig is, wat CO2 uitstoot op de bouwplaats reduceert. Daarnaast helpen biobased materials met het op natuurlijke wijze koelen van het huis in de zomer.

Vlas dat geteeld wordt voor de kledingindustrie heeft het voordeel dat er een stuk minder water voor nodig is om het te produceren. Het zou een kans kunnen zijn om de textielindustrie te herintroduceren in Friesland en daarmee het totale waterverbruik in de kledingindustrie te reduceren.

Bron: 

  • Interview met Nick Boersma en Johan Lakke van Vereniging Circulair Fryslân.

Definities:

Circulaire materialen:
Circulaire materialen zijn technische of biobased materialen en grondstoffen die hergebruikt kunnen worden. Ze blijven dus zo lang en hoogwaardig mogelijk in de economische kringloop. 

Vernieuwen

Monitoren
Indicatoren die een beeld zouden kunnen schetsen van hoe deze sector ervoor staat zijn: het aantal hectare teelt van biobased materials, het aantal huizen dat wordt gebouwd waarbij duurzame (biobased) materials wordt gebruikt en het totale gewicht van biobased materialen die gebruikt worden in de industrie. Echter, deze indicatoren worden nog niet gemeten. Daarvoor is vervolgonderzoek nodig.

Wet- en regelgeving als voorwaarde
Wet- en regelgeving kan worden beschouwd als een van de grootste obstakels. Veel partijen willen wel inzetten op het gebruik van circular materials, maar komen veelal tot de conclusie dat het te duur is. Zo is ook bijvoorbeeld het hergebruiken van plastic duurder dan het gebruiken van nieuw plastic. Over het algemeen zijn er te veel kosten gebonden aan het gebruik van biobased materialen, wat de markt niet competitief genoeg maakt.

Bron: 

  • Interview Nick Boersma en Johan Lakke van Vereniging Circulair Fryslân
Partners